Beroepsgronden wél tijdig ingediend. Verzet gegrond.
COLLEGE VAN BEROEP VOOR HET BEDRIJFSLEVEN
zaaknummer: 18/1022
16008
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 oktober 2018 op het verzet van
Maatschap [naam] , te [plaats] , appellante,
(gemachtigde: mr. R.J. de Nekker)
Procesverloop
Appellante heeft tegen het besluit van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 20 april 2018 (het bestreden besluit) beroep ingesteld.
Bij uitspraak van 9 oktober 2018 heeft het College met toepassing van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht het beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Appellante heeft tegen de uitspraak van 9 oktober 2018 verzet gedaan.
Overwegingen
1. Het College heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat appellante, na laatstelijk bij griffiersbrief van 9 augustus 2018 in de gelegenheid te zijn gesteld alsnog de gronden van het beroep in te dienen, dat niet tijdig heeft gedaan.
2. In verzet is gebleken dat appellante niet in verzuim is geweest. Het verzet moet daarom gegrond worden verklaard.
3. Nu het verzet gegrond wordt verklaard, vervalt de uitspraak van 9 oktober 2018 en wordt het onderzoek voortgezet in de stand waarin het zich bevond.
4. Voor een veroordeling in de proceskosten van het verzet is geen aanleiding.
Beslissing
Het College verklaart het verzet gegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.G.M. Simons, in aanwezigheid van
R. van Cuilenborg, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken
op 23 oktober 2018.
w.g. T.G.M. Simons w.g. R. van Cuilenborg