ECLI:NL:HR:2021:340
public
2021-03-27T10:09:15
2021-03-04
Raad voor de Rechtspraak
Hoge Raad
2021-03-05
20/01365
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
NL
Civiel recht
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2021:105, Gevolgd
In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2020:40, Bekrachtiging/bevestiging
Rechtspraak.nl
RvdW 2021/280
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2021:340
public
2021-03-05T12:09:37
2021-03-05
Raad voor de Rechtspraak
ECLI:NL:HR:2021:340 Hoge Raad , 05-03-2021 / 20/01365

Art. 81 lid 1 RO. Overeenkomstenrecht. Koop auto. Buitengerechtelijke ontbinding door verkoper. Schadevergoeding. Vervolg van HR 8 december 2017, ECLI:NL:HR:2017:3091.

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 20/01365

Datum 5 maart 2021

ARREST

In de zaak van

[eiser],wonende te [woonplaats],

EISER tot cassatie,

hierna: [eiser],

advocaat: K. Aantjes,

tegen

[verweerster],wonende te [woonplaats], Verenigd Koninkrijk,

VERWEERSTER in cassatie,

hierna: [verweerster],

niet verschenen.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding verwijst de Hoge Raad naar:

  1. zijn arrest tussen partijen in de zaak 16/05345, ECLI:NL:HR:2017:3091 van 8 december 2017;

  2. het arrest in de zaak 200.236.846/01 van het gerechtshof Amsterdam van 14 januari 2020.

[eiser] heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld. Tegen [verweerster] is verstek verleend.

De conclusie van de Advocaat-Generaal M.H. Wissink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

De advocaat van [eiser] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3Beslissing

De Hoge Raad:

  • verwerpt het beroep;

  • veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerster] begroot op nihil.

Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, G. Snijders en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op 5 maart 2021.