ECLI:NL:HR:2021:513
public
2021-05-07T10:10:56
2021-04-07
Raad voor de Rechtspraak
Hoge Raad
2021-04-13
20/01502
Cassatie
NL
Strafrecht
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2021:77
Rechtspraak.nl
SR-Updates.nl 2021-0097
RvdW 2021/485
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2021:513
public
2021-04-13T11:17:59
2021-04-13
Raad voor de Rechtspraak
ECLI:NL:HR:2021:513 Hoge Raad , 13-04-2021 / 20/01502

Aanwezigheidsrecht, detentie in buitenland (België) uit anderen hoofde gebleken uit in cassatie overgelegd stuk. Art. 416.2 Sv na veroordeling t.z.v. rijden zonder rijbewijs (art. 107.1 WVW 1994). P-v van tz. in h.b. houdt in dat verdachte niet is verschenen maar dat enkel niet gemachtigde raadsman is verschenen, waarna hof verstek heeft verleend. HR: Op redenen vermeld in CAG slaagt middel. CAG: Uit aan schriftuur gehecht “arrest van gevangenschap” te Gent moet worden afgeleid dat verdachte t.t.v. behandeling van zijn zaak in h.b. i.v.m. andere strafzaak in Gent (België) was gedetineerd, zodat ’s hofs beslissing om tegen verdachte verstek te verlenen en onderzoek ttz. voort te zetten, achteraf bezien onjuist was. Gelet op het grote belang van verdachte om bij behandeling van zijn zaak aanwezig te zijn brengt dit mee dat verdachte mogelijkheid dient te hebben om zijn zaak alsnog in h.b. in zijn tegenwoordigheid te behandelen. Volgt vernietiging en terugwijzing. Samenhang met 20/01503.

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

STRAFKAMER

Nummer 20/01502

Datum 13 april 2021

ARREST

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 30 september 2019, nummer 20-003037-18, in de strafzaak

tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1992,

hierna: de verdachte.

1Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft D.R. Kops, advocaat te Breukelen UT, bij schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

De advocaat-generaal T.N.B.M. Spronken heeft geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest en tot terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, opdat deze op het bestaande hoger beroep opnieuw wordt berecht en afgedaan.

2Beoordeling van het cassatiemiddel

2.1

Het cassatiemiddel stelt dat het hof ten onrechte verstek heeft verleend tegen de nietverschenen verdachte. Het voert daartoe aan dat de verdachte tijdens de behandeling van zijn zaak op de terechtzitting in hoger beroep in verband met een andere strafzaak was gedetineerd en dat hij niet vrijwillig afstand heeft gedaan van zijn recht om bij de behandeling van zijn zaak aanwezig te zijn.

2.2

Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in de conclusie van de advocaat-generaal onder 2.3 en 2.5.

3Beslissing

De Hoge Raad:

- vernietigt de uitspraak van het hof;

- wijst de zaak terug naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.

Dit arrest is gewezen door de vice-president J. de Hullu als voorzitter, en de raadsheren E.S.G.N.A.I. van de Griend en A.E.M. Röttgering, in bijzijn van de waarnemend griffier H.J.S. Kea, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 april 2021.