ECLI:NL:HR:2021:521
public
2021-05-07T10:10:40
2021-04-08
Raad voor de Rechtspraak
Hoge Raad
2021-04-09
20/01467
Artikel 81 RO-zaken
Cassatie
NL
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Conclusie: ECLI:NL:PHR:2021:132, Gevolgd
In cassatie op : ECLI:NL:GHARL:2020:745, Bekrachtiging/bevestiging
Rechtspraak.nl
RvdW 2021/440
http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2021:521
public
2021-04-09T16:39:57
2021-04-09
Raad voor de Rechtspraak
ECLI:NL:HR:2021:521 Hoge Raad , 09-04-2021 / 20/01467

Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Arbeidsongeschiktheidsverzekering. Uitleg begrip arbeidsongeschiktheid. Taakverschuivingsclausule. Motiveringsklachten.

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 20/01467

Datum 9 april 2021

ARREST

In de zaak van

ACHMEA SCHADEVERZEKERINGEN N.V. handelende onder de naam INTERPOLIS,gevestigd te Apeldoorn,

EISERES tot cassatie,

hierna: Interpolis,

advocaat: D.A. van der Kooij,

tegen

[verweerder],wonende te [woonplaats],

VERWEERDER in cassatie,

hierna: [verweerder],

advocaat: J.H.M. van Swaaij.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

  1. de vonnissen in de zaak C/05/288272/ HA ZA 15-370 van de rechtbank Gelderland van 14 oktober 2015 en 2 maart 2016;

  2. de arresten in de zaak 200.193.437 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 april 2017, 7 november 2017, 16 oktober 2018, 12 februari 2019 en 28 januari 2020.

Interpolis heeft tegen het arrest van het hof van 28 januari 2020 beroep in cassatie ingesteld.

[verweerder] heeft een verweerschrift tot verwerping ingediend.

De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor Interpolis mede door L. Tolatzis.

De conclusie van de Advocaat-Generaal B.F. Assink strekt tot verwerping van het cassatieberoep.

De advocaat van Interpolis heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3Beslissing

De Hoge Raad:

  • verwerpt het beroep;

  • veroordeelt Interpolis in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op € 415,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.

Dit arrest is gewezen door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, T.H. Tanja-van den Broek en C.H. Sieburgh, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op 9 april 2021.